Echte journalistiek

Terwijl de redacties in den lande rustig verder suffen in hun ivoren torentjes wordt elders journalistieke strijd geleverd. Vandaag is de inhoudelijke behandeling van Julian Assange’s zaak inzake het Britse arrestatiebevel tegen zijn persoon. Assange ziet dit bevel logischerwijs graag van tafel, en beroept zich (terecht) op de schimmige procedures die ten grondslag hebben gelegen aan de totstandkoming van het Britse arrestatiebevel, uitgevaardigd vanwege zijn onttrekking aan de borgtocht. De vraag is of die uiteindelijke borgtocht niet tot stand is gekomen op een manier die de rechten van Assange schaadt. Zweden kent een vrij strikt procesrecht, en het heeft er alle schijn van dat de zaak tegen Assange daarin is ontspoord.

Een belangrijke rol in deze zaak is weggelegd voor de Italiaanse journaliste Stefania Maurizi. De documenten die zij middels haar FOIA verzoeken (te zien als de Britse variant op Wob) boven water heeft gekregen spelen een centrale rol in Assange’s pogingen het Britse arrestatiebevel aan te vechten. Hoewel de documenten geen volledig overzicht bieden – een deel van de mailcorrespondentie tussen de UK en Zweden is vernietigd en naar goed gebruik verdwijnen documenten in het niets om later al dan niet weer op te duiken – laat wat er wel leesbaar is vrijgegeven duidelijk zien dat er rondom de persoon Julian Assange een schimmig politiek spel wordt gespeeld.

Zo wordt duidelijk dat de Zweden in 2013 al probeerden op de rem te staan en het Europees arrestatiebevel tegen Assange te laten vallen, maar dat zij daarin niet bepaald werden gesteund door de Britten. Dat is natuurlijk opmerkelijk in een zaak waarin de Britten in opdracht van een Zweeds aanklaagster zeggen te opereren, en blaast Assange’s toch al niet onwaarschijnlijke claim dat de zaak tegen hem een politieke is behoorlijk wind in de zeilen.

Zoals eerder gezegd is Zweeds procesrecht vrij strikt. Bovenstaande onthulling is mede daarom interessant, want hiermee wordt mogelijk aangetoond dat aanklaagster Ny een onderzoek heeft doorgezet dat volgens Zweeds procesrecht (SFS 1998:605, hoofdstuk 23, sectie 4) gestaakt had moeten worden om de belangen van de verdachte niet onnodig te schaden. Eerder bleek al dat aanklaagster Ny de zaak nodeloos had gerekt door te weigeren Assange buiten Zweden te verhoren. Zo bezien lijkt Assange met recht te kunnen claimen dat hem onnodige schade is berokkend.

Wat in ieder geval weer gebleken is, is dat echte journalistiek nog steeds niet dood is. Met dank aan mevrouw Stefania Maurizi. Maar niet aan de vaderlandse pers, die zich liever bezighield met het ridiculiseren van Assange en zijn vervolging, waarbij de feiten doorgaans geen rol van betekenis speelden. Nodeloze en juridisch ongegronde frustraties van het proces door de aanklaagster werden vrij neutraal uitgelegd als “juridisch gesteggel”. Een van de mooiste artikelen die in Nederland is voortgebracht over Assange is toch wel dit stuk van Patrick van IJzendoorn. De VN werkgroep die een oordeel moest vellen over de al dan niet “arbitraire detentie” van Assange, daar zouden geen juristen inzitten. Dat is absoluut niet waar, en het komt recht uit de mond van de Britse minister van Buitenlandse Zaken. Ook is het “ongebruikelijk dat een verdachte mag bepalen waar een verhoor moet plaatsvinden”, hetgeen rechtstreeks is overgenomen van een Twitterbericht van het Zweedse Ministerie van Buitenlandse Zaken. Een publiciteitsstunt, dat is wat Assange’s juridische strijd maar is als we Van IJzendoorn’s schrijven mogen geloven.

Nu kun je het altijd op een verschil in smaak en benadering gooien, maar me dunkt dat het verschil tussen het werk van Maurizi en (bijvoorbeeld) een Van IJzendoorn stevig is, en vragen oproept.

Een en ander wordt nog vervolgd naarmate meer duidelijk wordt. Maar wie werkelijk “meer” wil weten hoeft daarvoor duidelijk niet bij (bijvoorbeeld) de Volkskrant te zijn.

Aanvulling 4-5-2018: het VK artikel van Patrick van IJzendoorn is inmiddels aangepast.

Soms linksom, soms rechtsom, soms recht door zee… Censuur.

Het willen beperken van toegang tot bepaalde informatie – hetzij door directe censuur, hetzij met kekke hippe algoritmen, hetzij door bronnen verdacht te maken als agent van de vijand, hetzij door het uitoefenen van politieke invloed, hetzij door het dreigen met rechtszaken – Het is van alle tijden en overal.

De vraag is alleen of we ons hier drukker moeten maken om dat verschijnsel in China, Rusland en Turkijke – waar men VPN-gebruik aan banden probeert te leggen – of beter eerst kritisch kunnen kijken naar wat we zelf eigenlijk aan het doen zijn, of tenminste… Waar we zelf achteraan lopen. Natuurlijk is directe censuur en het verbieden van mogelijkheden je daar aan te onttrekken nog van een iets andere orde dan de manieren waarop in Westerse samenlevingen wordt geprobeerd informatie in diskrediet te brengen en de exposure van zulke informatie te beperken, maar de trend is niet hoopgevend.

Enkele voorbeelden:

Wikileaks: Wordt besmeurd als Russische agent die door Russen van de DNC server gestolen informatie zou hebben gepubliceerd. Voor geen enkel element uit die feitenversie is nog enig bewijs geleverd. Ondertussen publiceert niemand meer over de Wikileaks releases – allemaal zeer schadelijk voor de Amerikaanse intelligence community en allemaal buitengewoon relevant in het licht van de Ruslandhysterie. Julian Assange wordt neergezet als een voortvluchtige die zijn straf probeert te ontlopen. Maar de realiteit is dat de beschuldigingen aan zijn adres  en de manier waarop hij wordt vervolgd rammelen. Van de verkrachtingszaak tot de notie dat het heel normaal is dat er in de UK 24/7 agenten staan te posten voor het vergrijp van “skipping bail”, tot het feit dat de Britten de Zweden hebben afgeraden Assange te verhoren in de Ecuadoriaanse ambassade. Helaas wordt het nog lastig te achterhalen wat er allemaal precies is gebeurd. Een hoop relevante correspondentie tussen de UK en Zweden is vernietigd. De jarenlange vrijheidsontneming van Assange lijkt vooral een politieke vervolging door tegenstanders die Wikileaks vrezen, en al jaren zoeken naar een manier om Wikileaks de mond te snoeren zonder daarbij alle nieuwsdiensten die Wikileaks werk (en andere lekken) hebben gepubliceerd strafbaar te maken. Merk ook het verschil op in toon van the Guardian voor en na Edward Snowden, en het gelazer dat dit the Guardian heeft opgeleverd met de Britse intelligence.

De welbekende Magnitsky zaak: In onze kranten en bladen wordt er eigenlijk zelden tot nooit gewag van gemaakt, maar onze anti-Poetin held Bill Browder is al enige tijd aan het dreigen met rechtszaken tegen eenieder die de documentaire “The Magnitsky Act: Behind the Scenes” vertoont. Deze film, het werk van Russische ex-journalist en filmmaker Andrej Nekrassov, begon als een doodgewone documentaire waarin de strijd van zijn vriend Bill Browder tegen de Russische overheid wordt gevolgd. Gedurende de documentaire ontdekt Nekrassov echter discrepanties in de verhalen en documenten van Bill Browder. Zijn documentaire wordt vanaf dat punt een onderzoek dat tot de conclusie komt dat Browder wel degelijk schuldig is aan fraude, en dat zijn advocaat (of accountant, het blijft eigenlijk onduidelijk) Magnitsky medeplichtige is, en geen klokkenluider.

De reactie in NRC: dat lijkt verdacht veel op wat het Kremlin zegt. En wie anno 2017 iets zegt dat lijkt samen te vallen met geluiden uit het Kremlin? Dat is een fellow traveler natuurlijk. En daarmee is de kous wel af wat NRC betreft. Enige werkelijke inhoudelijke kritiek op de documentaire blijft verder achterwege – als het niet strict anti-Russisch is dan moet het wel Russische propaganda zijn. Dat wordt alvast voor u beslist. Maar de documentaire zelf bekijken? Zo goed als onmogelijk.

Recht op toegang tot informatie is zo bezien dus vooral absoluut voor de burgerbevolking van Rusland, China en andere geopolitieke rivalen, maar iets minder voor ons, burgers van de vrije wereld. Een beetje zoals het vermaarde zelfbeschikkingsrecht.